Gewaarzijn van gelijkheid – Dzokchen en non-dualiteit

~Robert Hartzema

De grote Tibetaanse wijze Longchenpa spreekt van de ruimtedimensie van de ultieme werkelijkheid die elk denkbeeld of elke metafoor overstijgt. Robert Hartzema licht in dit artikel toe waar Longchenpa op doelde, en welke plaats non-dualiteit in het boeddhisme inneemt. “In wezen is het zijn altijd het tegelijkertijd deelnemen aan beide werkelijkheden, de duale relatieve werkelijkheid en de non-duale absolute werkelijkheid.”

Zonder enige verwezenlijking van gelijkheid
als het van nature aanwezig gewaarzijn,
kun je geobsedeerd raken door het woord ‘non-dualisme’
en je vertrouwen stellen in een bewustzijnsstaat waarbij je hoopt
dat elk referentiekader is opgelost.
Dit is een volstrekte misvatting – een duisternis
waarin het heldere gewaarzijn niet wordt herkend.
Het is in het van nature ontstane bewustzijn,
zonder enige transformatie of verandering
dat de hoogste vervolmaking van elk streven (naar vrijheid)
ervaren wordt als non-duaal.
De totale vrijheid van de drie dimensies van Zijn
- de ultieme betekenis van het niet-twee zijn van samsara en nirwana –
is het fort van de Ruimtedimensie van de ultieme Werkelijkheid,
de essentie van het Zijn dat van binnenuit vanzelf ontstaat,
als volmaakte zuiverheid, als Ruimte,
terwijl het tegelijkertijd elk denkbeeld of elke metafoor overstijgt.

Longchenpa (1306 - 1368)
A treasure trove of scriptural transmission

Het verhaal gaat dat, toen Siddharta ontwaakte en het hem volmaakt helder was hoe de mens zichzelf klem zet en het onontkoombare lijden vele malen versterkt en wat de weg is naar ultieme bevrijding, hij op datzelfde moment ook begreep dat dit inzicht nooit in woorden weer te geven zou zijn. Want op het moment dat je iets verwoordt, geef je slechts één visie op een werkelijkheid die in essentie multidimensionaal is, woordloos, ongrijpbaar en oneindig. Daarom zweeg hij negenenveertig dagen, totdat de ‘goden’ hem overhaalden om zijn inzichten toch woorden te geven, zodat zij niet voor de mensheid verloren zouden gaan.
            Door op verschillende plekken en voor verschillende toehoorders een andere uitleg te geven, legde hij de basis voor verschillende wegen naar bevrijding, die in de volgende 2500 jaar door duizenden leraren werden vervolmaakt en in honderdduizenden teksten werden vastgelegd. Zo kristalliseerde het boeddhisme zich uit in verschillende stromingen, de hinayana, de mahayana en de zes vormen van vajrayana, waarvan dzokchen het meest vergaande inzicht is. En over het algemeen bestonden deze stromingen vreedzaam naast elkaar, hoewel de inzichten, aanwijzingen en oefeningen soms behoorlijk tegenstrijdig zijn.
      
Het diamanten voertuig

            Het besef dat er meerdere inzichten zijn die tegelijkertijd waar zijn, is essentieel voor het boeddhisme. Zodra er maar één waarheid is, wordt dat ogenblikkelijk een overtuiging, een geloof, een dogma, waarbij het eigenlijk niet uitmaakt hoe die waarheid luidt. Of het nu gaat om het geloof in één god, één profeet, één heilig boek, het Absolute, of het non-duale, elk geloof in één waarheid schept een star, armzalig en benauwend perspectief dat nooit kan leiden naar de ware bevrijding. De Werkelijkheid zelf is namelijk ongrijpbaar, woordloos, altijd in verandering en transparant, en elk definitief inzicht is slechts een poging om iets vast te grijpen wat niet vast te grijpen is, net zoals je het water van een stromende rivier niet vast kunt grijpen.
Het ervaren-zelf, of het zijn-zelf, is louter een fontein van transparante gewaarwordingen - licht, kleuren, vormen, zintuiglijke indrukken, lichamelijke sensaties, gevoelens, emoties, verhalen en denkbeelden - die continu in verandering zijn. Ze verschijnen in de oneindige openheid van Ruimte en lossen daar altijd ook weer in op. Je kunt wel proberen deze ongrijpbare rijkdom van transparante verschijnselen met je bewustzijn te bevriezen, maar dat is in essentie onmogelijk. Probeer maar eens dat wat zich nu als onmiddellijk ervaren presenteert vast te grijpen. Dat lukt je nooit.
Vandaar dat in het boeddhisme de inzichten een zekere gelaagdheid bezitten en zich richten op verschillende omstandigheden. De hinayana houdt zich bezig met het gewone praktische leven, zodat je niet nog meer lijden creëert en jezelf niet nog meer klemzet. Het zijn praktische leefregels die de basis zijn van het pad naar vrijheid en die altijd de basis blijven. Vandaar dat het belangrijk is om te leren alert te zijn op wat je voelt, denkt en doet, en dat te oefenen. Louter intellectueel inzicht leidt nooit naar vrijheid, want de belemmerende patronen liggen veel te diep opgeslagen in je emotionele patronen, je ademhaling, je lichaam, en zelfs in je bindweefsel en botten, en die reacties zijn veel en veel sneller dan het denken. Het oefenen (Tibetaans:. gom pa), dat wij heel luxe met ‘mediteren’ vertalen, is in wezen simpelweg oefenen: zitten, niets doen, en ervaren wat zich in jezelf afspeelt.
De mahayana voegt hier de inzichten aan toe die belangrijk zijn in relatie met anderen, zoals het ontwikkelen van mededogen, liefde, gelijkwaardigheid en vreugde, en het doorzien van de verkrampingen van het ego, dat er altijd op uit is zichzelf te verdedigen en te bevestigen. Niet dat het ego opgeheven moet worden – het is buitengewoon handig dat je deze overlevingsstrategieënontwikkeld hebt – maar misschien kun je er wat meer doorheen kijken, je er minder door laten meeslepen, en soms lachen om de trucs die het uithaalt, zoals het manipuleren van je partner of je kinderen en het voor de gek houden van jezelf.
Wat voegt de vajrayana – het diamanten voertuig – daar nu aan toe? Want de vajrayana heft de inzichten van de hinayana en mahayana niet op, die blijven gewoon waar, maar bouwt erop voort en legt de nadruk op het innerlijk ervaren, het werkelijk zelf verwezenlijken van de bevrijding, het zelf ontwaken – niet later, in de toekomst, maar in de onmiddellijkheid van het ervaren nu. Daarom wordt het werkelijk doen van de meditaties, de yogaoefeningen, en de oefening in het dagelijks leven belangrijker dan de intellectuele inzichten. Bevrijding is alleen mogelijk wanneer het proces van uitkristalliseren tegelijkertijd plaats vindt in je lichaam, je adem (emoties) en je bewustzijn. Pas dan kan een helder gewaarzijn ontstaan dat de gewone, beperkende en patroonmatige werkelijkheid doorziet.

Verstrengelingen uit het verleden

In dzokchen (de volkomen volmaaktheid), de meest vergaande stroming van de vajrayana, kristalliseert dit inzicht en de oefeningen zich uit tot de naakte essentie. Dzokchen geeft op lucide wijze woorden aan het woordloze, snijdt vlijmscherp elke tendens naar bevriezen en beperken door, en legt meedogenloos elke truc of valkuil van het bewustzijn bloot. Het maakt daarbij dankbaar gebruik van een bijzonder uniek inzicht dat in het boeddhisme is ontwikkeld, terwijl het tegelijkertijd voortdurend helder maakt dat ook dit inzicht zelf slechts een ‘inzicht’ is, en de dimensie van de ware Werkelijkheid (Sanskrit:. dharmata) ook dit onderscheid overstijgt. Dit is het inzicht in de relatieve en de absolute werkelijkheid en daarmee in een relatieve en absolute waarheid.
De relatieve werkelijkheid is de gewone dagelijkse werkelijkheid waarin je leeft, je brood verdient, je boodschappen doet, de huur of de hypotheek betaalt, een relatie aangaat en je kinderen probeert op te voeden. Het is ook de innerlijke wereld van reactiepatronen, emoties, overlevingsstrategieën, overtuigingen, meningen, afweer en blokkades, evenals de bijzondere ervaringen, verliefdheden, ontdekkingen, en verwezenlijkingen. Zelfs de meest verruimende ervaringen of de ‘verlichting’ valt onder de relatieve werkelijkheid. Het zijn ervaringen die verwijzen naar iemand die dat ervaart.
Zolang je in dit lichaam vertoeft en zolang je ademt, leef je in de relatieve werkelijkheid. Daarin gelden de relatieve wetten en inzichten. Gevoelens en gedachten creëren een energieveld waaruit weer nieuwe gedachten en gevoelens ontstaan. Op het relatieve niveau ben je slechts de gewoontepatronen en verstrengelingen uit het verleden, want je bewustzijn is de matrix van die patronen. En dat waar je niet naar wilt kijken of wat je ontkent – je twijfels, onzekerheid, woede, jaloersheid, arrogantie, begeerte, manipulaties – dat komt nooit in het licht, wordt nooit helder, en kristalliseert zich dus ook nooit uit. Bovendien blijf je altijd zelf verantwoordelijk voor de consequenties van je daden, en ben je ook zelf verantwoordelijk voor je eigen innerlijke staat van zijn.
Hoe ‘verlicht’ je ook denkt te zijn, maakt niet uit. In de concrete werkelijkheid van de rauwe praktijk van het dagelijks leven en je relaties met anderen, wordt direct en onontkoombaar duidelijk hoe helder je bewustzijn, denken, emoties en handelen nu eigenlijk zijn, hoe ontwaakt je op dit moment bent. Vandaar dat in dzokchen ‘de verlichting’ niet bestaat. Het Sanskriet woord bodh betekent ontwaken - ontwaken in het moment zelf, in elk moment, in de situatie zoals zij nu is. Niet als denkbeeld, maar in het levende ervaren zelf. Het woord ‘boeddha’, de ontwaakte, is een titel die door anderen aan Siddharta werd gegeven. Bevrijding is geen eindstation, maar een continu ontwaken binnen alles wat aanwezig is, zonder iets buiten te sluiten.

Dynamische energie

Wanneer de relatieve werkelijkheid helderder en helderder wordt, schijnt de absolute werkelijkheid daar vanzelf doorheen. Het absolute is geen ‘andere’ werkelijkheid (er is maar één werkelijkheid: dat wat is), ook geen hoger niveau (want hoger en lager is een denkbeeld), ook niet iets dat jij kan verwezenlijken (het ‘jij’ is slechts een mentale constructie). De relatieve werkelijkheid valt ook niet weg, en de inzichten of waarheden die ermee verbonden zijn blijven volmaakt geldig. Bovendien is de absolute werkelijkheid al volmaakt aanwezig in het gewone en relatieve. Je hoeft er dus ook niets specifieks voor te ‘doen’. Elk doen werkt eerder averechts, omdat je de totaliteit van het zijn, waar de absolute werkelijkheid vanzelf al deel van is, al bent, en dus niet kunt doen.
Op het relatieve niveau moet je dingen doen. Je doet je meditatieoefeningen, de yogaoefeningen, de oefeningen in het dagelijks leven, je studeert, leest, volgt groepen, wisselt uit. Daardoor kristalliseert het gewone bewustzijn (Tib. sems) zichzelf uit, zonder dat het bewustzijn of het ego oplost of aan de kant wordt gezet. Het bewustzijn kristalliseert zichzelf uit, dat wil zeggen, je bent nog prima in staat de belastingpapieren in te vullen en je kinderen op te voeden, en tegelijkertijd wordt alles zo transparant dat het bewustzijn-zelf of het Bewustzijn (Tib. sems nyid) er doorheen kan schijnen. Zo verschijnt de absolute werkelijkheid vanzelf.
Vanuit de absolute werkelijkheid gezien verschijnt alles volledig at random en als transparante verschijnselen die nooit iets concreet of permanent neerzetten. En al die verschijnselen zijn altijd in beweging, ontstaan uit ruimte en lossen op in ruimte en, terwijl ze aanwezig zijn, zijn ze helder, doorschijnend en stralend. Alles is een licht & geluid-show van kleuren, vormen, geluiden, gewaarwordingen, sensaties, gevoelens, emoties, gedachten en verhalen die naar elkaar verwijzen, niets concreet neerzetten en altijd blijven veranderen.Er is louter Ruimte en een dynamische energie van verschijnselen en mogelijkheden, waardoor alles zich ogenschijnlijk manifesteert als personen en dingen die even transparant blijven als een luchtspiegeling. Vanuit het perspectief van dit absolute inzicht is er geen scheiding, geen afstand, geen dualiteit tussen hier en daar, ik en ander, ik en wereld. Al deze manifestaties creëren echter - tegelijkertijd - een relatieve werkelijkheid, waarbinnen de relatieve wetten van oorzaak en gevolg (karma) werkzaam zijn. En in wezen is het zijn altijd het tegelijkertijd deelnemen aan beide werkelijkheden, de duale relatieve werkelijkheid en de non-duale absolute werkelijkheid. Er is geen scheiding tussen dualiteit en non-dualiteit. Er is wel onderscheid, maar er is geen scheiding, zij zijn niet-twee.

Belemmerende patronen en angsten

Terwijl de relatieve werkelijkheid dus volmaakt duaal is en het van primair belang is dat je een vlijmscherp onderscheid maakt tussen wat leidt naar vrijheid en wat leidt naar frustratie en pijn, tussen hoe je jezelf klem zet en hoe je jezelf vrij maakt, wordt alles vanzelf helderder. Pas wanneer de onderscheidingen van het relatieve inzicht vlijmscherp zijn, schijnt het heldere gewaarzijn (Tib. rigpa) daar vanzelf doorheen. En op dat moment is er geen scheiding meer tussen de relatieve en de absolute werkelijkheid, tussen dualiteit en non-dualiteit, omdat vanuit het heldere gewaarzijn beide simpelweg niet meer aan de orde zijn.
Praktisch gesproken (maar een voorbeeld is altijd beperkt), weet je zo helder hoe je in een conflict met je partner zowel de ander als jezelf klemzet, oneerlijk bent, manipuleert en je zin wilt krijgen, dat die helderheid op zich, als helder gewaarzijn, het conflict transparant maakt of bevrijdt terwijl het ontstaat, zonder dat je het conflict uit de weg gaat. Vanuit de volmaakte helderheid van je bewustzijn en de openheid vanuit je hart, ga je het conflict aan. En wanneer je tegelijkertijd helder en open durft te zijn over alle verborgen en belemmerende patronen, doorstraalt de absolute helderheid de relatieve werkelijkheid en zijn beide volledig aanwezig.
Zodra je je echter opsluit in het denkbeeld van non-dualiteit of het Absolute, klamp je je vast aan een idee en een overtuiging, in een poging de meedogenloze werkelijkheidvan je eigen belemmerende patronen en angsten te ontkennen. Zo hoop je de pijnlijke confrontaties met de rauwe dagelijkse werkelijkheid te ontlopen en tuimel je in de valkuil van het baarmoederbewustzijn (Tib. kun ghzi), een onbestemde, wollige, gelukzalige bewustzijnsstaat die je niet graag meer loslaat; een poezenmand waarin je weer baby kunt zijn en niet deel hoeft te nemen aan het pijnlijke dualistische bestaan. Maar alleen de naakte confrontatie met de rauwe relatieve werkelijkheid slijpt de diamant van het bewustzijn, totdat het bewustzijn vanzelf zijn transparante helderheid en sprankelende uitstraling herkent.
Deze stralende helderheid is van oorsprong al volmaakt aanwezig. Het kan zijn dat je dit niet herkent (Tib. ma-rigpa) omdat je je vastklampt aan specifieke denkbeelden en overtuigingen, of zo geïdentificeerd bent met alle innerlijke en uiterlijke reacties dat je deze helderheid niet ziet, of gewoon ontkent. Maar op het moment dat je de gewone werkelijkheid ervaart zoals die is, zonder iets buiten te sluiten, te veranderen of verbeteren, schijnt dit heldere gewaarzijn daar vanzelf doorheen, en is de relatieve en de absolute werkelijkheid één dimensie van ultieme Werkelijkheid. Er is nog steeds een scherp onderscheid tussen het relatieve en het absolute inzicht, maar er is geen scheiding. Vanuit het puur en totaal aanwezig-zijn is de Werkelijkheid een onmetelijke rijkdom van transparante verschijnselen en oneindige mogelijkheden.



Robert Hartzema geeft nu dertig jaar onderricht in het Tibetaans boeddhisme, meditatie en Tibetaanse yoga. Hij schreef twaalf boeken en is bezig met een trilogie over de dzokchen inzichten, waarvan het eerste deel, De Ruimte van Gewaarzijn, dit voorjaar verscheen. Samen met zijn vrouw Marjan Möller geeft hij een eenjarige training Boeddhistische Psychologie en voortgezette groepen over dzokchen in Nederland en Frankrijk. Voor meer informatie zie karnak